Ode aan Jean Genet en zijn film Un chant d’amour (1950)

un_chant_damour
Ode aan Jean Genet en zijn film “Un chant d’amour” (1950)

Een liefdeslied zonder melodie, zonder geluid, daarom deze woorden
Zoals elke liefde woorden nodig heeft, al groeit het verlangen in zwijgen
Ja, de geilheid is stil maar de liefde moet triomferen in zwoele woorden
Uit monden die hijgen en kwijlen op weg naar de broze kleine dood
Zing een lied van een man en een muur om tegenop te springen
Zing en dans met de lege ogen van een dier, meer is er niet nodig

Dan dit, zingen in stilte, zingen met twee lichamen, het zweet
Van elkaar drinkend, twee mannen opgesloten in elkaar, een prooi
En een jager klaar voor de aanval, een korte aanval als gevolg
Van lange onthouding, een bloem van liefde en een dans van
Spieren, eenzaamheid en hormonen, kracht en verdoemenis
Zo mooi als in 1950 wordt het nooit meer, zo gaaf, want

In dit eeuwige lied klinkt de mannenlust als een engelenkoor
Donker en ongeschoren en schorem en tuig van de richel
Het vlees reikt naar elkaar en het verlangen was en is
Hoe verstolen ook, altijd verdacht, de droom is groter dan
Wat een mannenlichaam kan verdragen, Un chant d’amour
Voor eeuwig vereeuwigd, dit plezierige geheim van hardere tijden

Het bewijs blijft, voor altijd blijft het een wens en verbod tegelijk
Verdoemd in dit ondermaanse, of je nu een vieze sok uittrekt
Of je wrijft over een bepaald gedeelte van je broek uit 1950
Of over je bloedmooie bovenlip als teken van je broederliefde
Er is altijd een bewaker die je bespiedt, je ontkomt er niet aan
Misschien ben je de bewaker zelf wel, het uniform staat je best goed

Je rookt een sigaret en doet je best er zo cool mogelijk uit te zien
Je pijpt de rook van je vriend, heel secuur, dwars door de muur
alsof je een whatsapp verstuurt via de satelliet of een big brother
Maar altijd virtueel, zoals je een pimpelmeesje pijpen zou
Of een gevoelige olifantenslurf, zo lief, zo teder, zo wreed
Deze oneindig geile stomme zwartwit-film Un chant d’amour

En nog altijd is de mannenliefde zo stom en zonder liefrijk idioom
Dat je het wel uitschreeuwen wou maar het niet kon, al was je
Verliefd tot over je oren op een man en zijn harde donkere
Snikkel om naar te verlangen, net als de geilige heilige Jean Genet

Michiel Bollinger, januari 2016 / juli 2020

Genet

Jean Genet (1910—1986) was een Franse schrijver en dichter.
Zijn film Un chant d’amour dateert uit 1950. De geluidloze film duurt 26 minuten en de vertoning was lange tijd verboden vanwege de expliciete homoseksuele beelden.
Vanuit hun cel slagen twee gevangenen erin om met elkaar te communiceren door een gaatje in de muur die hen scheidt. Met de stille hulp van een bewaker die hen gadeslaat door het klikraampje, onderhouden zij hun erotische liefdesrelatie met behulp van voorwerpen zoals een bosje bloemen en een strootje om samen een sigaret door de muur heen te roken. Andere gevangenen dansen ondertussen hun sensuele dans. Geluidloos en daardoor extra indringend.

un-chant-damour-

Rolverdeling Un chant d’amour –
Java: hand die de bloementuil vasthoudt
André Reybaz: schaduw
Lucien Sénémaud: jonge getatoeëerde gevangene
Coco Le Martiniquais: gevangene die wulpse dans uitvoert

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.